Wat & Hoe Frans

We staan in het buitenland bekend als een bot en arrogant volk. In het binnenland trouwens ook, maar daar gaat het nu even niet om. We zijn gewend om de oude Franse boer op dezelfde manier aan te spreken als Henk en Ingrid van Wilders en de Italiaanse restaurateur zoals de barman van de klaverjasvereniging. We vertikken het om achter in de rij aan te sluiten en maken met veel misbaar duidelijk als we het ergens niet mee eens zijn. Tenminste, dat is wat we graag zouden willen.

Zodra we echter de grens met Duitsland passeren of die naar Frankrijk blijft er weinig meer over van die oude VOC-mentaliteit. Bij het zien van die vreemdtalige verkeersborden en aanwijzing beginnen onze knieën te knikken. Stel je voor dat het schermpje bij het loket van de péage defect is en de medewerkster jou het bedrag noemt. Dan staan we lelijk met onze mond vol tanden. We hopen maar dat we zonder aangehouden te worden of te verdwalen onze camping (Nederlandse eigenaar) weten te bereiken.

Maar iedereen weet: als je je in het buitenland begeeft, dan komt onherroepelijk het moment waarop je iets tegen iemand moet zeggen. Of je het leuk vindt of niet. En die iemand is dan geen Nederlander.

In die gevallen bieden de Kosmos taalgidsen uitkomst. Het maakt niet uit in welke situatie je verzeild raakt, pak de Kosmos taalgids uit je koffer en je kletst je uit de neteligste situaties. Heb je pech of andere malheur? Kosmos. Wil je sporten? Kosmos. Winkelen, kamperen, openbaar vervoer? Kosmos.

En dat allemaal op de Nederlandse manier he. Er is wat ruimte voor complimenten maken: Wat ziet u er goed uit! Mooie auto! Leuk skipak! Je bent een lieve jongen/meid. Wat een lief kindje! U danst/kookt/voetbalt heel goed! We weten namelijk heus wel hoe het moet, we zijn geen barbaren!
Maar gelukkig is er lekker veel plek ingeruimd voor gezeik, onder de paragraaf Klagen.

  • Het duurt wel erg lang
  • We zitten hier al een uur
  • Dit moet een vergissing zijn
  • Dit is niet wat ik besteld heb
  • Ik heb om … gevraagd
  • Er ontbreekt een gerecht
  • Dit is kapot/niet schoon
  • Het eten is koud
  • -niet vers
  • -te zout/zoet/gekruid
  • Het vlees is niet gaar
  • -te gaar
  • -taai
  • -bedorven
  • Kunt u mij hier iets anders voor geven?
  • De rekening/dit bedrag klopt niet
  • Dit hebben wij niet gehad
  • Er is geen toiletpapier op het toilet
  • Heeft u een klachtenboek?
  • Wilt u a.u.b. uw chef roepen?

Goed he? Niets weerhoudt je er nu nog van om naar een buitenland te reizen. Met de Kosmos taalgids hoef je je nooit onzeker te voelen.

Tuut-tuut-tuut-tuut-tuut (op z’n Frans)

(…vervolg van gisteren)

Lange tijd stond Frankrijk bekend om zijn slecht onderhouden wegen. Maar al jaren wordt er flink aan de weg getimmerd. Bijvoorbeeld aan de D154 E3. Dit weggetje leidt van Chasteaux aan de andere kant van de heuvel achter het huisje dat wij gehuurd hadden naar de D19 die weer van Masdelpeuch naar Le Sorpt loopt.

Over de D154 E3 rijden dagelijks vijf auto’s en tien tractoren. Voetgangers en fietsers zijn er niet. Desondanks schrijft de Franse wet voor – net als de Nederlandse, dus ongetwijfeld Europees uitgevaardigd – dat armzalige graafmachientjes die amechtig greppels in de berm van rustieke Franse heuvelweggetjes uitdiepen voorzien moeten zijn van een achteruitrijtuter en die vooral moeten gebruiken. Tuut-tuut-tuut-tuut-tuut.

Met als gevolg dat in de Corrèze in het zuiden van de Limousin over de heuvels, door de straten van de gehuchten, tussen de takken van de walnootbomen en de bladeren van de perzikbomen, om de bakhuisjes, tussen de poten van de kalfjes, om de uiers van de koeien en de horens van de stieren het meest doordringende en allesvérdringende elektronische getreiter rolt dat ooit door mensenhanden is gemaakt. Om de klokkentoren, tussen de draden van de elektriciteitspalen, langs de muren van de uit rotsblokken, keien en leem opgetrokken huizen en schuren tutert het. Dat verschrikkelijke rotgeluid schettert over de stroompjes en de beekjes, om de bijenkorven, over de heuvels langs het meer en om de zeilen van de bootjes en de riemen van de roeiboten op datzelfde meer. Waarom toch?

Het grote voordeel van de Fransman is dat hij niet zo verschrikkelijk hard werkt. Althans niet de wegwerker langs de D154 E3 in het zuidelijkste puntje van de Limousin. Hij begint laat, pauzeert veelvuldig en houdt er gelukkig bijtijds weer mee op. Volgend jaar gaan we lekker weer naar Frankrijk op vakantie.

Tuut-tuut-tuut-tuut-tuut

Een aantal jaren geleden was het er ineens: een schelle indringende elektronische tuut, geproduceerd door achteruitrijdende vrachtwagens die daarmee andere weggebruikers – voornamelijk fietsers en voetgangers – attendeerden op dreigend gevaar. (Nog steeds staat er in de wet dat achteruitrijdend verkeer aan alle andere weggebruikers voorrang moet verlenen. Maar inmiddels redeneert de achteruitrijdende als volgt: “Ik piep. Zorg jij er effe voor dat je je uit de voeten maakt?”)

Inmiddels hebben niet alleen vrachtwagens zo’n achteruitrijtuut, maar ook alle mogelijke wegwerkmachines: gravers, grijpers, tractoren, noem maar op. Veiligheid is prima, daar kun je niet tegen zijn, maar wat is het nut mij te laten weten dat er aan het andere einde van het dorp zo’n ding naar achteren rijdt? Waarom moet een hele wijk ’s morgens om zes uur dat horen? Ik begrijp het werkelijk niet.

Onlangs hebben wij twee volle weken mogen genieten van een kakofonie van achteruitrijtuten toen bij ons het pleintje een klein stukje verderop werd opgebroken en opnieuw geplaveid. Voor elke achteruitrijmeter die werd afgelegd: tuut-tuut-tuut-tuut-tuut. Van ’s morgens acht tot ’s middags vier tuut-tuut-tuut-tuut-tuut. Ook als er geen hond in de buurt is die gewaarschuwd hoeft te worden: tuut-tuut-tuut-tuut-tuut.

Zelfs presteren de werkmannen het om een machine in zijn achteruit – weliswaar zonder draaiende motor, maar met ingeschakeld contact en dus tuut-tuut-tuut-tuut-tuterend – te parkeren om vervolgens een half uur met de handen in de zakken van de overall bij een collega te gaan staan ouwehoeren. Je zou ze toch? En probeer het maar eens te negeren hè, als je een boek zit te lezen of zit te schrijven.

We keken dus reikhalzend uit naar de dag dat we voor een vakantie van een week naar het uiterste puntje van de Franse Limousin zouden vertrekken, naar een in een onooglijk gehucht gelegen huisje in een streek waar je niemand tegenkomt.

Het viel er niet tegen. Schitterend herfstweer, lekker eten, een vriendelijke verhuurder en een heuvelachtige omgeving. In de weiden graasden kleine kuddes Limousinkoeien (met stier), af en toe schoot er een reetje weg, in de verte blaften woeste erfhonden, op de top van een heuvel stond een eeuwenoud kerkje mooi te wezen en als klap op de vuurpijl scharrelde er over het weggetje langs het huis in de avond een das.

Morgen verder…

Nee, nee, nee en nog eens nee!

Zoals de vaste volger van dit blog weet, hebben wij een NEE NEE sticker boven onze brievenbus zitten. En dat werkt heel behoorlijk: we krijgen vrijwel nooit ongewenste post. Onlangs trok Ikea zich daar niets van aan, maar dat terzijde. Een paar weken geleden heb ik nu ook een NEE NEE sticker onder onze deurbel aangebracht.

Ik zal even uitleggen waarom wij die stickers hebben. Soms willen wij iets aanschaffen. Dat gaat meestal op een van de volgende manieren. We schakelen de televisie in en na vijf minuten is er nog steeds geen beeld. Na een grondige controle komen we tot de conclusie dat de televisie kapot is en wij nog niet zonder kunnen. Dan willen wij graag een nieuwe kopen. We gaan dan naar een (web)winkel en schaffen ons een tv aan.
Of de vakantie van Cornutus staat voor de deur en we besluiten er een weekje tussenuit te gaan. Dan willen we wel een huisje bespreken. Het komt ook wel voor dat we een boek willen of een dvd. Dan willen we dus een boek aanschaffen, of een dvd. Of soms een boormachine voor een schoonzoon. Of een laptop omdat de computer een beetje raar doet. Daar gaan wij dan niet maanden over lopen dimdammen, maar we gaan snel tot aanschaf over.

Nu zijn er mensen op deze wereld die denken dat je pas iets kunt aanschaffen als iemand jou het aan de deur aanbiedt: een verzekering, stroopwafels, messen of scharen. Alsof je iets nodig hebt en vervolgens een half jaar gaat zitten wachten tot de bel een keer gaat. Alsof wij elkaar dan aankijken en zeggen ‘Ik hoop dat het de studenten van de kunstacademie zijn, want ik heb al weken razende trek in stroopwafels!’ Alsof we in februari elkaar al klappertandend toeknikken en hopen dat het een verwarmingsmonteur is die zijn diensten aanbiedt.

Bij ons werkt dat niet zo. Evenmin zaten wij te wachten op een telefoontje om kwart over zes ’s avonds waarin ons een dakkapel werd aangeboden. (Ja tegen geld natuurlijk.) Toen ik overdreven opgetogen reageerde en zei dat ik ont-zet-tend blij was dat hij nu eindelijk belde, en ik hem in vertrouwen mededeelde dat wij ook al maanden zaten te wachten op twee andere telefoontjes, omdat onze friteuse stuk was alsmede onze auto, toen kreeg de man de indruk dat ik hem in het ootje nam. Enfin, de vaste telefoonaansluiting hebben we opgezegd, maar daar hebben de dakkapelverkopers iets op gevonden: ze komen gewoon aan de deur en reageren beledigd als je ze onderbreekt met de opmerking dat je niet geïnteresseerd bent.

Ik weet wel dat je allerlei trainingen en coachingstrajecten kunt volgen om dit soort mensen van je lijf te houden en je daar als persoon heel erg van kunt groeien, maar eigenlijk vinden wij dat wij niet lastiggevallen moeten worden met dit soort bagger. Ga iemand anders pesten, denk ik dan. Iemand die er wel instinkt. Stel je voor dat je een sessie niet goed opgelet hebt en in plaats van het goeie gesprek aan te gaan zo’n strontaanbieder een tik op zijn neus geeft. Dan ben je verder van huis. Daarom hebben wij die NEE NEE sticker nu ook bij de bel.

Maar je begrijpt… zo’n sticker werkt alleen als de reclamebezorger of bellendrukker daaraan wil meewerken. Dus twee dagen nadat ik de sticker onder de beurbel heb geplakt, wordt er aangebeld. Een zigeunervrouw die vraagt of we nog iets te slijpen hebben. Die vrouw hebben we dus meteen over de grens met Frankrijk gezet.Verder bleef het wekenlang ongewoon rustig aan de deur. Totdat we begrepen waarom: in de zomer wordt er niet gecollecteerd. Drie weken geleden las ik ergens dat er collectanten gevraagd werden voor Mevrouw het Wilhelmina Kankerfonds. En wie stond er een paar dagen later voor de deur?

En gisteravond was het weer zover. Maar de bedelaar met collectebus verontschuldigde zich, zei dat hij de sticker te laat had gezien en wenste mij een prettige avond.

De sticker is te bestellen bij sommige gemeenten en ook hiero.

Christen Democratisch Appèl

“Kijk nou Cor. Daar in dat veld. Zie je je dat bord?”
“Ik moet even op de weg letten, Bep! Wat staat er dan op dat bord?”
“Er staat ‘Nederland kan op ons rekenen’, met een foto van Jan Peter ernaast. Helemaal verkleurd door de zon!”
“Nou, dat is dan vast en zeker een oude poster, Bep.”
“Zeg dat wel, Cor.”
“Die Balkenende met zijn mooie praatjes! Die mislukte dominee, met zijn waarden en normen. Vier kabinetten en niet ééntje afgemaakt. Noem jij dat waarden en normen, Bep?”
“Wind je nou niet zo op, Cor. Het was toch een beleefde man?”
“Beleefd? Wat bazel je nou, Bep? Eerst het zuur en dan het zoet. Ik hoor het ‘m nog zeggen, die slijmjurk! Ja hoor, wij kunnen op hem rekenen.”
“Rustig nou, Cor. En denk om die vluchtheuvel.”
“Het zuur, dát hebben we wel gehad. En waar blijft dat zoet dan? Al dat gehannes nou met die De Vilder of hoe die champignon ook mag heten. Ik kan daar zo boos om worden.”
“Bedaar nou een beetje, Cor! Gottegot.”
“Je woorden, Bep. Let een beetje op je woorden, ja?”
“Guttegut, Cor.”

Langs de weg bij Haastrecht.

Spackspuiten

Vroeg ik mij vorige  week, toen ik een grote vrachtwagen van Eijgenhuijsen uit Ruurlo zag rijden, nog af wat precisievervoer precies was, nu verbaas ik mij over alweer iets anders. Toen ik vandaag over straat liep, zag ik daar een heuse spackspuiter staan!

Die had ik nu nog nooit in het echt gezien. En nog wel een uit Beneden-Leeuwen. Snel een foto gemaakt.

Dat is even cool. Maar wat is een spackspuiter eigenlijk? (Ja, ja, iemand die spack spuit, dat weet ik ook wel.). Ik ging op zoek en kwam terecht in een wereld van utiliteitsbouw, afmessen (of afmesten?), makkelijke en moeilijke meters en openingstijden. Op spackspuiter.nl kwam ik het volgende te weten:

Wat doet een spackspuiter precies?
Een spackspuiter brengt spuitpleister – de spack – op een muur of plafond aan. Spackspuiten is een afwerkmethode van wanden en plafonds in de woning- en utiliteitsbouw. Voorbereidende werkzaamheden van een spackspuiter zijn het eventueel egaliseren van de kale ondergrond, het afplakken van ramen en deuren, het stof- en vetvrij maken van de ondergrond en eventueel behandelen met voorstrijk- of hechtmiddel.

Oké, spack is sierpleister, dat weten we dan ook weer. Maar interessanter is te weten wat spackspuiten nu precies inhoudt.

Voor het opbrengen van de spack wordt een spackpuitmachine gebruikt in combinatie met een compressor, slangen en een spuitpistool. De spackspuiter brengt de spack in twee gangen aan. De eerste laag wordt aangebracht en afgemest, dit is het egaliseren en wegwerken van rillen met een spackmes en een duimskwast. Vervolgens wordt de tweede laag aangebracht, de zogenaamde afkorrellaag. De voorbereiding, opstelling van apparatuur en materiaal en afwerking nemen bijna de helft van de werktijd in beslag.

Interessant! En wat kost dat nou, mijn huis laten spackspuiten?

De prijzen van spackspuiten variëren, dat is afhankelijk van het aantal vierkante meters. Ook van belang is of het gaat om zogenaamde makkelijke meters of moeilijke meters. Zo is bijvoorbeeld een trapgat moeilijker dan een woonkamer.
Met nieuwbouw is er vaak minder afplakwerk, maar met bestaande of bewoonde bouw juist vaak weer meer. Er kan ook eerst nog wat stucreparatie en/of voorstrijkwerk voorkomen. Het kan ook voorkomen dat er wat reistijd meegerekend moet worden. Zo kunt u ook kiezen voor één of meerdere kleurvariaties. Dit zijn allemaal factoren die meespelen voor het bepalen van de prijs.

Spack is populair

Ik wist dat nog niet, maar spackspuiten is hartstikke in! Volgens spackverf.nl:

Spackverf of spuitpleister als eindafwerking door middel van spackspuiten is tegenwoordig erg populair. Vroeger werd spack alleen op beton plafonds in seriematige nieuwbouwwoningen gebruikt terwijl het nu veel meer op wanden wordt toegepast, zowel in de woningbouw als in de utiliteitsbouw. Oorzaak hiervan is ook de prijs van het spackspuiten die veel goedkoper is geworden door de jaren heen.

En als je toch het allerbeste wilt, dan moet je bij Spackverf.nl blijven.

Uiteraard doen de fabrikanten hun uiterste best om een zo goed mogelijke product op de markt te brengen. Maar de spackspuiters die steeds naar betere resultaten streven weten het eigenlijk beter.
Wij hebben alle spackverven geprobeerd en kwamen er achter dat het product die wij u aanbieden het beste is. Deze spackverf heeft niet alleen een langere openingstijd maar spuit lekker en hoeft de schilder of spackspuiter weinig kracht te gebruiken om te spackspuiten.

Nou, was dat niet even leerzaam?

Snacken

Ik weet het, ik weet het. ’t Is niet netjes, maar ik blijf het leuk vinden als iemand bij de snackbar een kinderpatat oorlog bestelt.

NEE NEE

Om de hoeveelheid papier in ons huishouden te verminderen, hebben wij enige tijd geleden een NEE NEE sticker boven de brievenbus geplakt. En het werkt! Nooit meer het plaatselijk sufferdje in de bus, nooit meer de reclamefolders van Dirk van de Broek of van die ontelbaar andere bedrijven die denken dat je pas een nieuwe dakkapel aanschaft als er een folder op je deurmat is gevallen.

Het moet gezegd worden dat vrijwel iedereen zich aan het verzoek houdt. Soms loopt een bezorger gedachteloos het pad op om er pas achter te komen dat wij geen folders willen als hij al met de klep in zijn hand staat. Daarom zorg ik er voor dat de struik naast de brievenbus gesnoeid blijft; dat maakt het de bezorgers weer iets makkelijker.

Maar vanavond kwam er iemand het pad oplopen die warempel iets door de bus gooide. Een reclamefolder voor de plaatselijke korfbalvereniging Fiducia en de handbalclub Eendracht, gesponsord door een kapper en de lokale drukker, waarin aangekondigd werd: een oud papier-inzamelactie.

Het enige oud papier dat wij nu in huis hebben is die vermaledijde folder van die ballengooiclubs. Maar die krijgen ze lekker niet, die heb ik mooi in de vuilnisbak gegooid.