Alle tekenleraren kletsen uit hun nek!

.

Als ik terugdenk aan mijn schooltijd en aan die van mijn kinderen dan kan ik een ding concluderen: aan creativiteit hadden de leerkrachten een broertje dood. Ik beleef heel veel plezier aan schrijven en fotograferen, maar wat ik daar op school mee deed? Ik weet het niet meer. Dat werd niet direct gestimuleerd. Mijn kinderen leefden zich de eerste vier jaar van hun leven vooral uit in het produceren van honderden tekeningen, de een nog expressiever dan de anderen. Wat er maar in ze opkwam vertrouwden ze toe aan het papier of de muur. Van de ene week op de andere was dat voorbij: er móest een prinses getekend worden, een huis, een paard. Of je nu wilde of niet. Met als gevolg dat ook thuis de productiviteit ernstig daalde.

Van Bep ken ik het verhaal van de tekenleraar die de klas de opdracht had gegeven een muur met gaten te tekenen. Maakt niet uit, geen enkel onderwerp mag taboe zijn in de kunst. Wat natuurlijk wél onmogelijk was, was dat die leraar beweerde dat zij het niet goed gedaan had. Een wit vlak is voor jou een muur met gaten als jij daar een associatie mee hebt. Kijk, als je een brug ontwerpt of een hogesnelheidstrein, dan is het wel handig om je aan bepaalde afspraken te houden. Dan kun je niet zeggen dat die grijze veeg daar een deur is.

Een beproefde manier van tekenleraren om jou het weinige plezier in tekenen volledig te ontnemen was de opmerking dat een boom onder de grond net zo groot is als erboven. De wortels zouden zich net zo diep in de grond uitstrekken als de kruin hoog was. Of je die er maar even bij wilde tekenen. Alsof je bij het neerkrassen van een auto alle cilinders uittekent, de weerstanden in een radio weergeeft of alle tanden van een zaag. Die tekenaars heb je wel, maar die lijden dan weer ergens aan.

Het ergste is dat het niet hielp om te zeggen dat je dat niet geloofde, van die wortels. Vergenoegd wreef zo’n mislukte kunstenaar – want wie wordt anders tékenleraar op een middelbare school? – zich dan in de handen, zeggende: “En toch is het zo!”

Vorige week liep ik samen met mijn Bep door de bossen en daar zagen wij een omgevallen boom. En niet zo’n kleintje ook. Ik schatte hem toch een meter of vijftien.

Omgevallen boom

Kijk eens naar die onderkant van die boom! Zitten daar vijftien meter wortel aan, naar alle kanten vertakt? Vijftien decimeter, meer is het niet. Stelletje hufters!

13 reacties op “Alle tekenleraren kletsen uit hun nek!

  1. Beetje meer muziek op scholen, behalve het Willehelllemus, ook dringend gewenst. Soms denk ik dat onderwijzend personeel op staatskosten bij de oosterburen verplicht in de schoolbankjes voor groep 5-8 een jaartje moeten plaatsnemen.
    De jeugd heeft de toekomst van beschaving in handen, nietwaar?

    • Haha. Ik heb laatst een waargebeurd verhaal gelezen over een suppoost in Duitsland die ze feitelijk waren vergeten. Die verbleef iets van dertig jaar (!) op dezelfde afdeling en draaide helemaal door. Heel triest.

  2. Ja hallo ? En hoe komt het dat die boom tegen het dek is gegaan ? Juist ! Omdat hij niet wou luisteren naar de leerkrachtenboom die hem zei dat zijn wortels even diep moesten zijn als hij groot was. Nu jij terug !
    Los daarvan, mijn prof fotografie, een wijs man en een vat vol van zelfrelativering, zei over fotografie : “if you can’t make it, teach it !”
    Soms peins ik weleens dat leerkrachten verplicht zouden moeten worden bijscholing te volgen in bedrijven door er, pak ‘em beet, mee te draaien in een job binnen hun vakgebied gedurende een paar (schoolvakantie)weken. Win-win situatie. Schoolstof is actueel en wordt onderwezen door een ervaringsdeskundige en niemand kan meer zeiken over hun gebrek aan kennis en hun te veel aan vakantie.

    • Hm, zo’n antwoord – over de reden van omvallen – had ik eerlijk gezegd wel verwacht ;-). Nu ben ik nog niets wijzer.
      Zou inderdaad een goede oplossing zijn om leraren stage te laten lopen bij bedrijven. Ik heb me daar ook altijd over verwonderd. Je kunt gerust dertig jaar als leerkracht weken en kinderen onderwijzen, zonder werkelijk te weten wat er de bedrijven speelt. We kunnen het ook combineren met King Billy’s voorstel. Dan maken we een uitwisseling tussen Nederland, België en Duitsland. Goed voor de taal ook!

      • Wedden dat ‘Brussel’ zo’n programma heeft lopen? Voor ‘taal’ in ieder geval wél.
        Oppassen, want anders krijg je Rutte er gratis bij. Hij heeft ervaring met zulk soort nevenklusjes. Inmiddels al uitgebreid naar gave persconferenties voor kinderen, las ik.

      • Rutte ? Wij hebben sinds kort Rutten. Met een -n achteraan. Ik weet niet wie het beste af is. En voor wat betreft Brussel : daar loopt alles. Weliswaar verkeerd maar toch. Die uitwisseling met Duitsland is wel een riskant ballonnetje. De laatste keer dat er een uitwisseling plaats vond duurde het warempel 5 jaar vooraleer iedereen terug op zijn eigen bank zat. En wie zegt bank zegt problemen. Neen, laten we het niet al te gek maken.

  3. Zo had ik vroeger een economieleraar die ons wijs probeerde te maken dat de mens elke dag één hapje meer moet eten als gisteren.
    Iedere biologiedocent weet dat dit onzin is, net zoals de theorie dat er evenveel boom onder de grond zit als er boven.
    Ik begin te vermoeden dat alle teken,- en economieleraren eigenlijk gesjeesde biologieleraren zijn.

Geef een reactie op tjerri Reactie annuleren